Beste Fiena,
Toegegeven, ik heb een vreemde familie. Eigenlijk alle familieleden, levende en dode, zijn of waren op z’n minst raar te noemen. Onze familie werd in de stad waar wij vandaan komen, die gekken van... (en dan volgt onze familienaam, verbasterd in dialect). Deze naam geef ik liever niet prijs. Als kind en jong volwassene vond ik dat wel eens moeilijk. Ik wist niet goed wat ik van moest denken. Moest ik trots op deze geuzennaam zijn of juist niet? Toen ik wat meer tot de jaren van verstand kwam werd ik steeds trotser. Het is geen familie doorsnee. Maar mensen met fantasie. Ze komen uit voor hun mening en passen zich niet klakkeloos aan. Niet aan trends en niet aan opgelegde normen. Ze deden precies waar ze zin in hadden. Ze zochten hun vrienden niet uit op stand of hoogte van hun bankrekening. Mijn ouders hadden vrienden die miljonair waren en arme sloebers in het woonwagenkamp. Ik ging met mijn vader op bezoek bij boerenfamilies en vele kinderen, bij de ‘sjabben’ in krotten, ook met veel kinderen en bij mensen met grote villa’s met hoogstens twee kinderen. De kamers van deze kinderen waren net zo groot als het hele huis van de arme mensen. Met speelgoed waar mijn mond van open viel. Ik was heel verlegen en voelde me bij allemaal niet op mijn gemak. Mijn vader was een man van het volk en de wereld. Hij voelde zich overal meteen thuis, zonder zich aan te passen. Hij bleef altijd zichzelf. Hij kwam op een gegeven moment thuis met een jonge Griek. Ongeveer de eerste gastarbeider die we mochten aanschouwen. Hij zei tegen mijn moeder: dit is een goede jongen en hij heeft geen dak boven zijn hoofd. Hij komt hier een paar dagen logeren tot hij een eigen onderkomen heeft. Deze Andreas bleef veertien dagen, toen had hij een kamer en een hospita. Daarnaast bracht mijn vader geregeld honden mee die hij gered had van de dood. Deze honden zouden om duistere redenen afgemaakt worden in het toenmalige slachthuis. Een keer wilde mijn oom en tante zo’n hond liefdevol opnemen in hun gezin. Binnen een week stond de hele familie op de keukentafel omdat de hond hun aanviel. Alsnog einde verhaal van de hond. Ik heb het gevoel dat de nazaten van mijn vaders familie ietwat rustiger en normaler zijn. De mannen in de familie zijn altijd vrijgezel gebleven. Behalve één en hij heeft drie dochters. Zij hebben de naam van hun man aangenomen. De familienaam sterft dan ook uit.
Beste G,
Is er een speciale reden waarom deze meiden hun eigen naam niet houden?