Beste Fiena,
Mijn wortels liggen in Limburg, in Midden-Limburg. Daar ben ik trots op. Tijdens het WK voel ik me ook ‘Hollander’, normaal gesproken is dat gevoel stukken minder. Nu zit ik mee te brullen voor de tv ‘Hup, Holland, hup’. Het geeft toch een gevoel van ‘ wij samen’. Ik hoor ergens bij. Ik wil daar ook bij horen.
Ik ben altijd trots geweest op onze Limburgse taal. Ik vind het een mooie taal. Mooie klanken en mooi zangerig. Toch veel beter in het gehoor liggend dan die vreemde Hollandse keelklanken. Alleen al bij het luisteren krijg ik al keelpijn. Over de rollende ‘r’ struikelt toch ieder normaal mens?
Mijn voornemen was dan ook vanaf het begin mijn kinderen in het dialect op te voeden.
Dit voornemen is jammerlijk mislukt. Mijn kinderen weigerden om Limburgs te praten. Zij leerden in onze nieuwbouwbuurt, bij vriendjes en op school om Nederlands te praten. Mijn dochter van vier zei eens: ‘ ik vind Limburgs helemaal niet mooi...’. Ik was uitgesproken. Ik bleef de kinderen in dialect toespreken maar dat zette geen zoden aan de dijk. Zij hielden vast aan hoog-Hollands.
De vreemde situatie ontstond dat de ouders dialect spraken tegen de kinderen en de kinderen in het Nederlands antwoord gaven. Ik raakte er aan gewend. Soms ging ik halverwege de zin over in Nederlands zonder dat ik het zelf in de gaten had. De kinderen merkten wel op dat als ik kwaad was of de hond ernstig toesprak, ik dat in het Nederlands deed.
De kinderen zijn nu volwassen. Mijn zoon spreekt nu redelijk dialect. Wij spreken ook tegen elkaar dialect. Daar heeft hij toe besloten toen hij ongeveer een jaar of veertien was. Dat was wel even wennen.
Mijn dochter is een heel ander verhaal. Ik heb haar tot op de dag van vandaag nog nooit een woord dialect horen spreken. Dat vind ik wel heel jammer. Ik spreek met haar nog steeds half dialect en half Nederlands. Ernstige onderwerpen zoals vanouds in het Nederlands.
Mijn dochter woont met haar gezin in Amsterdam. Ze heeft een tijd bij de tv gewerkt. Daar kreeg zij geregeld de opmerking dat het misschien een goed idee was om spraakles te volgen. Dit om haar zachte ‘g’ af te leren. Haar wedervraag daar op was of de ander ook van plan was om zijn of haar accent af te leren? Iedereen heeft een accent. En zij is toevallig trots op haar accent en absoluut niet van plan om dit te gaan afleren. Zij wordt er soms nog mee geplaagd, maar daar trekt ze zich niets van aan. Het dochtertje van mijn dochter rolt al flink met de ‘r’. Volgens mijn dochter absoluut geen Amsterdamse ‘r’. Wat dan wel? Dat weet nog niemand, we wachten in spanning af welke taal zij kiest.
Beste L,
Zo zie je dat het bloed kruipt waar het niet gaan kan.
Fiena