Beste Fiena,
Ik ben een vrouw van 62 jaar en ben een drop-out. Iemand die voortijdig van school ging. Iemand die altijd gespijbeld heeft. Veel last had van schoolziekte. Op de lagere school dachten de onderwijzeressen dat ik een zwak, ziekelijk kind was. Ik was iemand die altijd buikpijn had als ze naar school moest. Zich veelvuldig verstopte achter degene die voor haar zat als mondelinge beurten gegeven werden. Weken niet kon slapen als er een spreekbeurt op het programma stond. Op de Middelbare school zoveel spijbelde dat bepaalde leraren, bijvoorbeeld van boekhouden, handelsrekenen en wiskunde haar helemaal niet kenden. Als de vakantie aanbrak overviel me een groot geluksgevoel, geen zorgen voor morgen. Heerlijke vrijheid. Zelfs de kleuterschool kon mij niet bekoren. Ik vond het saai en de verhalen over allerlei heiligen die zuster Josepha vertelde kon ik niet volgen. Thuis was ik daar niet mee bekend gemaakt en ik kon me niet verplaatsen in het verhaal. In tegenstelling tot mijn klasgenootjes die het Onze vader en het Wees Gegroet zó uit hun hoofd konden opzeggen op vierjarige leeftijd. Dat gaf me al een rot gevoel dat ik dat niet kon. Een gevoel van falen. Ik hield het precies drie weken vol in deze kleuterklas. Toen kregen mijn ouders mij met geen tien paarden daar naar toe. Ze probeerden dat eerlijk gezegd ook niet. Mijn vader zei: “Laat dat kind met rust’. Mijn moeder vond het wel gezellig. Ik was een heel braaf kind, dat de hele dag met poppen speelde en niemand lastig viel, als ik maar niet naar school hoefde. Op de eerste klas (nu groep drie) kreeg ik een lieve juf en vooral...ik leerde lezen. Een groot voordeel omdat mijn vader dan niet meer voor hoefde te lezen. Hij deed dat naar mijn smaak op een hele foute manier. Hij verzon dingen die er helemaal niet stonden. De elfen en kabouters zeiden en deden dingen die niet door de beugel konden. Hij lachte zich slap en ik werd heel boos. Ik wilde weten wat er stond! Dat moest ik volgens mijn vader dan maar helemaal zelf lezen. Toen ik op de tweede klas lagere school zat leerde ik Duitse gedichten van buiten uit een kleine gedichtenbundel van mijn moeder. Ik verbaasde de hele familie als ik deze dan out of the blue declameerde. Ik werd lid van de bibliotheek, de hemel op aarde. Ik las op een gegeven moment dezelfde boeken als mijn vader en moeder. Geschiedenisboeken van mijn vader en Duitse romans van mijn moeder. Maar op school was het een doffe ellende. Ik worstelde me door de lagere school en ging daarna enkele jaren naar de MMS (Middelbare meisjesschool) en daarna naar een handelsschool. Nou ja, deze scholen bezocht ik af en toe als de les en de leraar me aanstonden. Toen ik vijftien jaar was, besloot ik om helemaal met school te kappen. Ik zei tegen mijn moeder dat ik dienstmeisje wilde worden. Maar dat ik het verrekte om ooit nog naar school te gaan. Er stonden geen rectors, mentors, hulpverleners, controleurs, politieagenten klaar om mij naar school te dirigeren met harde hand. Mijn ouders kregen ook geen geldboetes of andere straffen. Het resultaat is dat ik geen enkel diploma heb, zelfs geen zwemdiploma, ook dat leerde ik mezelf. Toch is uiteindelijk alles goed gekomen. Ben ik een uitzondering?
Beste N,
Misschien wel de laatste der Mohikanen zonder diploma. Ik weet zeker dat er heden ten dage een programma of een cursus of een methode bestaat die zo’n geval wél naar school krijgt.