Astrid (29) en zoontje Finn (2) wonen in een dorp, Sint Odiliënberg. Niks mis mee, zegt Astrid maar toch...
Hoe lang wonen jullie nu in Sint Odiliënberg?
Astrid: ”Zestien maanden. Van tevoren woonden we in de stad. Ik woon al heel lang in de stad. Ik kom oorspronkelijk uit Thorn.”
Waarom hebben jullie besloten om in een dorp te gaan wonen?
”We kregen dit aanbod van de ouders van mijn, nu ex-vriend, om het huis over te nemen. Het is fijn ruim huis, dicht bij het bos. Veel groen rondom. Wij hadden een kindje van een jaar, dus ik dacht dat is een goede omgeving voor mijn zoontje. “
Ging je al met frisse tegenzin daar wonen?
Astrid:” Nou, Ik had wel mijn bedenkingen omdat ik altijd graag in Roermond heb gewoond. Ik wist wel wat ik zou gaan missen, maar ik dacht meer aan mijn kind. Lekker rustig voor hem.”
Wat is er tegengevallen?
Astrid: “ Ik ben gewoon een stadsmens. Mij viel de sociale controle erg tegen. Ik voel dat gewoon zo. Misschien is er helemaal geen sociale controle. Of is het helemaal niet zo bedoeld. Als ik ‘s zomers in de tuin zat kwamen buurtbewoners een praatje maken. Ze vroegen of ik bij de buurtvereniging kwam en zo...Of dat ons gras weer eens gemaaid moest worden. Ik hou meer van een wilde tuin. Dat is echt niets voor mij. Ik denk dat ik voor de buurt ook een beetje een doorn in het oog was.”
Was het huis wel naar je zin?
” Het is een rijtjeshuis in een buurt uit de jaren 70. Best wel prettig wonen. Maar gewoon niet mijn smaak. Wat in de jaren 70 is gebouwd vind ik niet zo mooi, over het algemeen. Alles is recht, ook de tuinen, zo keurig netjes. Sommige buren hebben afspraken gemaakt om de voortuin aan elkaar te laten spiegelen.”
Was je niet goed geintegreerd in het dorp?
Astrid:” Nee, maar dat ligt aan mijn houding. Ik denk dat als je dat wilt, dat dit goed lukt. Dus het is echt niet zo dat iedereen die van buiten het dorp komt, geen poot aan de grond krijgt. Je moet er voor gáán en je niet afsluiten, zoals ik! Er is toch een bepaalde dorpscultuur (iedereen kent iedereen) die er in de stad niet is. Als je in de stad anoniem wilt zijn, kún je dat ook.”
Wil je verhuizen en waar naar toe?
“ Ja, ik ga met Finn terug naar de stad. Ik zoek een oud pand. Ik weet ook wel dat aan een oud pand nadelen verbonden zijn. Maar deze wegen niet op tegen de voordelen. Voor mij dan. Voor mij is nu eenmaal de sfeer heel belangrijk. Ik zal de speeltuintjes en parkjes die er zijn moeten opzoeken samen met Finn. Maar het is denk ik heel belangrijk dat ik me lekker voel. Op die manier kan ik een betere moeder voor mijn zoon zijn.”