Frans Opveld (43) woont in Utrecht in een oude volksbuurt. Hij is 11 jaar getrouwd met Monic (43) en ze hebben twee zoontjes, Stan van 12 jaar en Joos van 5 jaar. Op alle cruciale momenten verblijft hij in Roermond, hoe zit dat?
Kun je Roermond niet missen?
Frans: “Ik ben geboren en getogen in Roermond. Ik heb op diverse plekken gewoond Kaplaan Sarsstraat, Bredeweg, Slachthuisstraat, Graaf Reinaldstraat, Terrastraat en Olislagerstraat. Ik ging op mijn negentiende studeren in Utrecht, de lerarenopleiding geschiedenis en Duits. Na zes jaar was ik klaar. Toen moest ik een baan zoeken en die vond ik in Utrecht. Tot mijn groot verdriet was er geen baan te vinden in Roermond. Dan zou ik terug gekomen zijn. “
Hoe is nu je binding met Roermond?
“Ik woon nu 24 jaar in Utrecht en ik heb daar mijn werk en sociale contacten. Maar mijn binding met Roermond blijft heel sterk. Als ik kom aanrijden over de Maasbrug en ik zie het gouden beeld op de torentrans, gaat mijn hart sneller kloppen.”
Waar ligt dat aan?
“De mensen zijn hier gemoedelijker, gezelliger. Ik liep een tijdje geleden met Monic in de Molenstraat en we keken naar de Steenen Trappen en we zeiden: ‘Ja, hier willen we sterven.’ Als ik 65 jaar ben komen we weer in Roermond wonen.”
Hoe vaak vertoef je in Roermond?
“ Minder vaak dan ik zou willen, maar ik ben zeker alle feesten in Roermond zoals Kerst, Oud en nieuw, Vasteloavend, Pasen, Sinterklaas, Sjommelmert en alle verjaardagen van de familie. Wij logeren altijd bij mijn moeder.”
Heb je hier ook nog vrienden wonen”
“Ja, wel een paar. We hebben het contact altijd onderhouden. Alleen verdwijnen onze stamkroegen steeds. Dat is vervelend. Bijvoorbeeld in de Zwartbroekstraat, waar ik vroeger altijd uitging, waren toen dertien kroegen. Daar zijn er nu nog twee over. Heel jammer.”
Hoe vinden jullie kinderen het dat jullie zo vaak in Roermond te vinden zijn?
“ Leuk, trouwens Monic en ik spreken thuis dialect met de kinderen. Jammer genoeg spreken zij het niet maar ze verstaan uiteraard alles. “
Voel je je nog steeds thuis hier?
Ja, ik voel me hier thuis. In de winkels wordt dialect gesproken, de mensen zijn toegankelijker. Ze zijn wat gemakkelijker. In Utrecht is de sfeer veel harder. Maar daartegenover heb ik in Utrecht een uitgebreid sociaal netwerk opgebouwd. Ik heb daar mijn hobby’s en het voornaamste, mijn werk. Ik heb iets opgebouwd op mijn werk in al die jaren. Als ik hier een baan aangeboden zou krijgen zou ik helemaal vooraan moeten beginnen. Ik zou dan enorm veel moeten opgeven. Daar heb ik geen zin in.”