Miep Kitslaar is 86 jaar. Een kwieke oude dame en tevens goed van de tongriem gesneden. Zij vertelt over haar flat achter de tunnel en de wensen die zij nog heeft.
Heeft u altijd in Roermond gewoond?
“Nee, ik ben geboren in Amsterdam in 1918. Toen ik ongeveer een jaar was zijn we naar Den Bosch verhuisd. Daar heb ik gewoond tot mijn trouwen. In 1942 ben ik getrouwd met Wim. Wij hebben zeven kinderen gekregen. In het begin van ons huwelijk woonden we aan de Kapellerpoort. Dat heeft tot na de oorlog geduurd. Daarna zijn we naar Maasniel verhuisd. We kregen weer gezinsuitbreiding en het huis werd te klein. In Maasniel hadden we een heel ruim huis.”
Een heel verschil met uw flat nu.
“Ja, dat kun je wel zeggen. De flat op zich is heel mooi. Een huiskamer, twee slaapkamers, keuken en een compleet ingerichte douche. Daar is niets mis mee. Maar mijn man is in 2002 overleden en nu ben ik alleen. Dat ben ik niet gewend. Ik had altijd een huisvol met de kinderen met hun aanhang en vrienden en vriendinnen.”
Waarom bent u naar deze flat verhuisd?
“Ik dacht dat er voordelen zouden zijn. In het begin met Wim samen ging het wel. Daarbij is het gemakkelijk wonen. Alles op een verdieping. Ik zit hier vlakbij een supermarkt, vlakbij de stad, het ziekenhuis, de slager. Ik kan de stad lopend bereiken. Dat is heel prettig. Een groot nadeel is dat ik me eenzaam voel hier.”
Waar zou u nu het liefste willen wonen?
“Ik heb me indertijd opgegeven voor een aanleunwoning. Maar die kreeg ik niet omdat ik nog te goed ben. Ik ben goed bij mijn verstand en ik kan ook nog redelijk uit de voeten. Ik kan mezelf nog redden. Dat ik toch 86 jaar ben, daar trekken de instanties zich niks van aan.”
Wat mist u het meest?
“Ik mis het meest gewoon mensen om me heen. Op mijn leeftijd kom je alleen in de wereld te staan. Alle oude vrienden en vriendinnen sterven. Ik mis leeftijdsgenoten. Het grote nadeel van oud worden is dat je alleen overblijft. Maar ik mag niet klagen want mijn kinderen, aangetrouwde kinderen en kleinkinderen komen heel regelmatig.”
Welke voordelen zou een aanleunwoning hebben?
“Ik denk dat ik dan meer contacten zou hebben met leeftijdsgenoten. Die gangen komen bij elkaar uit. Dan kom je vanzelf mensen tegen waar je mee kunt babbelen. Ik zou niet in een bejaardentehuis willen wonen, dat niet.”
Wat onderneemt u om leeftijdsgenoten te ontmoeten?
“Ik doe er zoveel mogelijk aan. Ik ben bij ‘Bewegen voor ouderen’ en ik ben bij koors bal. Ik ben graag onder mensen. Dat ben ik altijd gewend geweest met zoveel kinderen en veel aanloop. Dat is er allemaal niet meer en daarom voel ik me soms eenzaam. Ik kan niet goed alleen zijn. Daarom denk ik graag terug aan het wonen op de Gebroeklaan in Maasniel. Alle kinderen nog thuis. Altijd de zoete inval. Dat was de mooiste tijd.”