Diny (51) en Jos (48) Meinen voelen zich helemaal thuis op Hoogvonderen. Dat komt niet vanzelf, daar hebben ze alle moeite voor gedaan.
Wat doen jullie om je thuis te voelen?
Diny: “Wij exploiteren gemeenschaphuis De Vlonder op Hoogvonderen. Daar leer je natuurlijk heel veel mensen kennen. Het is een verlengstuk van thuis. Ik maak het thuis gezellig en ook in De Vlonder. Je leert de mensen goed kennen. Het zijn vaak dezelfde gezichten die je ziet. Ik sta achter de bar en vind het heerlijk om te zien als mensen zich op hun gemak voelen. Bij sommigen duurt dat iets langer, anderen storten zich meteen in het gemeenschapsleven.”
Ben je een organisatietalent?
“Ik vind het leuk om iets op touw te zetten. Ik ben met nog een vrouw, Petri, bijvoorbeeld in Swalmen gaan kijken naar de Vrouwluujzitting met Carnaval. Daar is de Vrouwluujnzitting een groot succes. Toen zijn we zelf aan de slag gegaan met zang, dans, diverse acts en een hoop gezelligheid. We liggen al dubbel van tevoren. Er zijn genoeg mensen in de buurt die mee willen organiseren en zich inspannen om iets op touw te zetten.”
Woon je ook op Hoogvonderen?
“Ja, natuurlijk al twintig jaar en naar volle tevredenheid. Wij wonen in de Gewantmakerstraat. Een gewoon huis met drie slaapkamers en een rommelzolder. Op Hoogvonderen wonen mensen van alle leeftijden. Dat zie ik ook terug in De Vlonder. Daar worden activiteiten voor alle leeftijden georganiseerd. van de Weight Watchers tot een secretaressenopleiding. Maar ook de ouderengym en danscursussen zijn bij ons ondergebracht. De Vlonder is iedere dag open. Ik woon eigenlijk op twee adressen. Zo voel ik het. De Vlonder is net zo goed mijn thuis. Ik denk als je je ergens thuis voelt, ga je in die buurt ook je vereniging zoeken.”
Hoe zijn jullie in Roermond terecht gekomen?
“Onze ouders zijn schippers en zij vervoerden grint. Dus wij waren vaak hier in de buurt. Jos en ik hebben samen drie dochters en we hebben altijd graag op Hoogvonderen gewoond. Twee dochters wonen nog thuis. Het is een rustige buurt, dat is erg prettig. Toen wij daar kwamen wonen zag het er nog heel anders uit. Veel minder huizen. Wij hebben de wijk zien groeien. Ik heb de kleine kinderen op zien groeien in de wijk. Van speelgoedfietsje, naar grote fiets naar brommer. En nu staan er auto’s voor de deur. Het enige wat ik mis zijn winkels. Er is nu één supermarkt, dat is te weinig. Misschien is dat de reden dat de wijk niet helemaal een eenheid vormt. In buurtwinkels treffen mensen elkaar. Nu doen ze boodschappen buiten de wijk.”
Wordt er genoeg georganiseerd op Hoogvonderen?
“Het is zo dat veel mensen die hier wonen bij de verenigingen in hun vorige buurt blijven. Als iemand bijvoorbeeld oorspronkelijk uit Maasniel komt, blijft hij of zij daar de vereniging trouw. Dat mag natuurlijk, maar het is ook leuk om in de eigen wijk een vereniging te hebben.”