Mijn club

Scouting Sint Hubertus
Door
Mar-Li Wingens
9 juli, 2006

John Rompelberg en Marieke Starmans zijn een paar. Ze zijn allebei groepsleider bij de scouting. Ze hebben elkaar leren kennen bij de scouting.

Hoe word je groepsleider bij de scouting?

John: Als kind ben ik bij de scouts gegaan. Op een gegeven moment heb je de leeftijd en de ervaring om leiding te geven aan de jongere scouts.”

Heb jij als kind bewust gekozen voor scouting?

John: Ik werd als zevenjarige niet gevraagd, ik ging gewoon bij scouting. Mijn vader is namelijk secretaris van de Sint Hubertus. Mijn zus is ook altijd leidster geweest. Mijn moeder bakte wafels voor de scouts. De vereniging is altijd belangrijk geweest bij ons thuis.”

Zijn jullie water- of landscouts?

Marieke: “Er is natuurlijk een groot verschil tussen land- en waterscouting. Die mogen niet verward worden. Wij zijn landscouts. Oorspronkelijk waren wij padvinders. Later is er een breuk ontstaan tussen de katholieke kant en de scouting zonder godsdienstige achtergrond, Jong Nederland genaamd. Wij zijn katholiek gebleven. Daar is eigenlijk niets meer van te merken. Wij hebben geen aalmoezenier meer en pastoor gaat ook niet meer mee op kamp.”

Wat doet landscouting?

John: “Het is een vergissing om te denken dat we heel primitief kamperen in het bos. Met alleen maar houtvuur en zelfgemaakte tenten. Wij hebben gewoon de laptop mee op kamp en de gsm’s. Wij zijn met onze tijd meegegaan. Ons doel is om als groep ergens naar toe te werken. Wij doen aan sport en spel en we zijn veel in het bos. Ook kinderen die niet zo handig zijn, krijgen de kans om gewoon mee te doen. Er komt nauwelijks competitie aan te pas. Kijk, als we een speurtocht doen dan wil één groepje winnen. Maar we proberen competitie zoveel mogelijk te vermijden.”

Marieke: “Iedereen kan gewoon mee doen. Het is de bedoeling om samen plezier te hebben.”

Mag iedereen ideeën inbrengen?

John: Zeker, we zijn in principe voor alles in. Scouting is heel breed. We maken ook muziek, we hebben eens een oude caravan helemaal opgeschilderd en er een flower-power caravan van gemaakt. Naarmate de groep ouder is, krijgen ze meer zeggenschap.”

Dragen jullie een uniform?

John: Ja, wij hebben een uniform. Tijdens alle bijeenkomsten dragen we dat uniform in principe. Zeker als we er op uittrekken. We zijn trots op ons uniform. Voordeel is dat iedereen gelijk is. Niemand heeft merkkleding of extra dure schoenen. Je kunt je onderscheiden door vaardigheidsinsignes te verdienen. Voor we beginnen hijsen we de vlag. Dat lijkt simpel maar is wel belangrijk. Dat is een rustmoment. De kinderen zijn dan rustig en kunnen daarna beter luisteren naar de plannen voor die dag. Dat is mijn ervaring.”

Wat vinden jullie het leukste aan het groepsleiderschap?

Marieke: Ik vind het belangrijk om samen met John met deze hobby bezig te. We zijn er zeven dagen per week mee bezig.

John: “Voor mij is het een kick als de kinderen zich amuseren en of een programma helemaal afgewerkt wordt is minder belangrijk.”

Deel dit artikel

Lees volgende Mijn club
Stichting Melieve