• MOON

Graag wil ik jullie lezers, deelgenoot maken van de hoogte- en dieptepunten uit mijn leven. Ik ben Moon, 57 jaar en ik ben al 12 jaar getrouwd met Bear. Ik ben een Roermonds "maedje", geboren en getogen, maar woon nu in een dorp in midden Limburg. Ik ben de "boze stiefmoeder" van een jongen van 23 en een meisje van 19 jaar.

Vermoorde onschuld

ARTIKEL DELEN OP SOCIALE MEDIA

Ik zat in de vierde klas van de Mariaschool, bij juffrouw D. Ik was een dromerig, niet al te snugger kind, had een hekel aan school. Ondanks het feit dat wij in een hele goede buurt van Roermond woonden, moest mijn moeder elk dubbeltje omdraaien. Andere kinderen hadden mooie etuitjes van gekleurd plastic, ik had een zelfgemaakt zakje, genaaid van overgebleven stof van een jurk voor mijn zusje. Of zij hadden een inktlapje met zo’n zemen blaadjes, neen, ik had een verzameling lapjes met een knoop samengenaaid.

Een oom van mij gaf mij een Caran d‘Ache kleurdoos cadeau met 24 gekleurde potloden waar ik eindeloos mee kon tekenen en de kleurige staafjes op kleur kon sorteren, kortom, een kostbare schat. Er kwam een nieuw meisje in de klas en ze kwam naast mij te zitten, Marina. Zij vroeg of ze mijn kleurdoos mocht zien. Tuurlijk mocht dat.

Enkele uren later ontdekte ik dat er een potlood ontbrak, een licht paarse kleur. Ik vroeg Marina of ze het potlood had maar zij ontkende. Ik was in paniek, mijn kleurdoos was incompleet, geschonden, ontheiligt. Ik barstte in tranen uit en greep haar etuitje. ‘Ik heb wel deze’, zei Marina, ‘maar die is van mij, kijk maar, er zit een kras op’. Ze liet mij een lichtpaars kleurpotlood zien met inderdaad een stukje paars eraf gekrast. ‘Dat is mijn potlood’, gilde ik en ik was ontroostbaar. Juffrouw D. keek op en haalde mij voor de klas. ‘Zij heeft mijn potlood gestolen en nu liegt ze’, kon ik nog hikkend en snikkend uitbrengen. Marina ontkende in alle toonaarden, en juffrouw D. geloofde hààr. Dit was mijn eerste kennismaking met de grote, boze wereld en ik was zo verdrietig.

De volgende dag stond Marina met haar moeder op het plein. ‘Wat is er gisteren nu gebeurd?’ vroeg de moeder. Ik vertelde haar wat Marina had gedaan, maar Marina gilde dat het niet waar was. De moeder nam mij mee naar Slenders en daar mocht ik een paars kleurpotlood kopen. Het kostte 35 cent en de kleur was niet helemaal hetzelfde, toch was ik er blij mee.

Vanaf die tijd begon ik te stelen, bij de Kofa, bij de HEMA, allerlei spulletjes die ik niet kon gebruiken of laten zien. Dit duurde een half jaar, totdat ik een zware hand op mijn schouder voelde toen ik in de HEMA een stuk chocolade had gegapt en dat in de winkel begon op te eten (stom!). Ik moest mijn moeder gaan halen, die haar armen ten hemel hief en jammerde: ‘Hoe kun je dat nu doen?’ Ze zette het vuur onder de kookpannen uit en met de fiets gingen wij richting HEMA. Ik was doodsbang en schaamde mij diep. In het kantoortje werd ik ernstig ondervraagd. Ik biechtte alles op en beloofde alles terug te geven. Een ding verzweeg ik, raar genoeg, een mapje met vier kleuren pennen. Dit lag ik de klas en de volgende dag gooide ik dit stiekem in de prullenbak... De rit naar huis was stil en dreigend.

Thuis aangekomen zei mijn moeder: ‘Ik zeg niets tegen de andere kinderen, maar je krijgt voor straf geen verjaardagscadeautje.’ De volgende dag werd ik tien jaar. Na een poosje begon ik toch weer te stelen en dat heeft nog jaren geduurd. Het was gewoon een schreeuw om aandacht.

VOLG ROERMONDENAAR.NL
WIE WOONDE WAAR IN ROERMOND 1937
TAALGEBRUIK EN CULTUUR IN ROERMOND

Lotte onderzoekt het taalgebruik in Roermond. Ze kijkt daarbij naar verschillende talen en hoe deze door de vele verschillende inwoners van Roermond gebruikt worden in het dagelijkse leven.

Lees verder

TELEFOONGIDS VAN ROERMOND UIT 1906