Beste Fiena,
Zoals ieder jaar krijg ik in de herfst kunstzinnige neigingen. Ik wil iets máken, iets creëren. Iets moois aan de wereld laten zien. Iets wat ik helemaal zelf heb bedacht en daarna met mijn blote handen heb uitgevoerd, iets wat nog nooit iemand voor mij heeft bedacht en gemaakt. Dat is Kunst met een grote K. Ik breek mijn hoofd over wat dat grote ‘iets’ zou moeten zijn. Een schilderstuk? Maar ik kan helemaal niet schilderen. Je zult toch eerst een realistisch schilderij moeten kunnen maken voordat je het hele proces naar abstract kunt maken? Een weg die een half leven kan duren. Dat vind ik te lang. Ik wil meteen resultaat. Dus het zal een plotselinge verlichting van de geest moeten zijn.
Misschien iets van klei? Maar ik heb geen oven om mijn kunstwerk in te bakken. Trouwens ik kan beter schilderen dan boetseren. Dat weet ik van vroeger op de middelbare school. Daar had ik een tekenleraar die mij inspireerde. Ik kreeg nooit minder dan een acht van hem. Dit tot mijn grote verwondering. Zelf vond ik mijn kunstuitingen maar matig. Maar hij had tenslotte het kunstenaarsoog en ik ging geloven dat ik echt wel goed was. Dat was toen, inmiddels ben ik weer tot het realisme teruggekeerd. Ik krijg visioenen van mezelf met een breiwerk bij de open haard. Maar dan anders. Ik zie me kunstzinnige overtrekken breien voor mijn versleten stoelen. Met hele dikke naalden en buitengewoon mooie zelfontworpen steken. Ook nog lekker snel klaar! En alle vriendinnen geel en groen van jaloezie. Net op tijd herinner ik me dan dat ik erg vast brei. Ik krijg de steken nauwelijks op de andere naald zonder geregeld steken te laten vallen. Dat resulteert dan weer in vervelende gaten in mijn breiwerk.
Ik bedenk dat ik het simpel moet houden. Een collage is misschien een idee. Ik heb ergens nog een oude lijst van een spiegel liggen. Ik koop karton voor de achterkant en begin in de wilde weg te plakken. Ik plak van alles in de lijst dat me aanstaat, dat bij mij past en qua kleur bij mijn bankstel. Ik plak er niet alleen plaatjes uit tijdschriften in maar ook spullen die ik toch al weg wilde gooien. Lege pennen, uitgeknepen tandpastatubes, beeldjes die ik niet meer wil hebben, ook een plakwerkje van mijn kleinkind verwerk ik er in. Vindt het kind leuk! Een kapotte lepel, een stel champagnekurken, een cd’tje, mijn mobieltje dat is afgeschreven en nog veel meer. Ik struin het huis af naar dingetjes die ik kan gebruiken. Het resultaat is een afspiegeling van mijn leven. Gewoon een rommeltje. Niemand vindt het mooi en het belandt in de garage bij andere afgedankte spullen. Dit trauma moet ik nog verwerken. Weet u wat? Ik schrijf er een boek over kunst en inspiratie en alle mooie wazige onbegrijpelijke motivaties en gevoelens waar de echte kunstenaars mee te maken hebben. Fiena is dat een goed idee?
Beste N,
Doen!