Beste Fiena,
Ik zie het al dagen voor mijn neus gebeuren, onvoorwaardelijke liefde tussen ouders en kind. In mijn tuintje is een merelkind neergestreken. Tegen wil en dank. Misschien uit het nest gevallen of geduwd door zijn voorlijke broer(s) en zus(sen) of gewoon te zeer van zichzelf overtuigd en het veilige nest voortijdig verlaten in jeugdige overmoed. Dit laatste ligt meer voor de hand. Zo te zien is het geen gehoorzaam kind, zij is nog lang niet zover zij al kan vliegen. Ik denk dat het een meisje is, de snavel is gewoon grijs. Mannetjes hebben oranje snavels. Ze ziet er uit als een klein rond bolletje zonder staartveren. Het hupt vrolijk rond tussen mijn potten met plantjes. Vooral vader houdt een oogje in het zeil en brengt geregeld lekkere hapjes. Ik zie rode besjes en wurmen uit zijn bek hangen. Vader roept zijn kind maar ze is ongehoorzaam. Ze komt helemaal niet naar vader toe maar verstopt zich ook nog voor hem. Vader zoekt de kleine op en voedert haar geduldig. Moeder bekommert zich (denk ik) in de tussentijd om de andere jongen. Zij leren wel vliegen en zij heeft haar handen vol. Ook zij moeten nog gevoerd worden. Moeder komt tussen de bedrijven door wel enkele keren per dag kijken. De ouders zien er eerlijk gezegd nogal magertjes uit. De kleine is daarentegen kogelrond. Pap en mam communiceren veel en vaak op een dag met het stoute jong in mijn tuin. Een herrie van jewelste. Gisteren brak een vreselijk kabaal los, pap en mam bundelden hun krachten en namen de tegenstribbelende puber flink onderhanden. Een ware scheld kanonnade volgde waarin zij haar sommeerden eindelijk thuis te komen. Ze probeerden het rotjong op allerlei manieren motiveren maar niets mocht baten. Hun zorgenkind is koppig en wil gewoon niet. Ze blijft er vrij vrolijk onder en huppelt geregeld mijn huiskamer binnen om wat tegen mij te kwetteren. Dat heeft ze van haar vader, deze trekt zich van mijn aanwezigheid in de kamer ook niets aan en zoekt rustig naar kruimels en andere etensresten. Afgelopen nacht had de kleine ondeugd zich verschanst in mijn huiskamer. ‘ s Morgens kom ik binnen en ik hoor haar kwetteren maar kan haar niet lokaliseren. Ergens in de buurt bij de boekenkast, achter de boeken? Uiteindelijk vind ik haar in een hoekje achter het Vogelpikbord. Ik kan haar zomaar pakken en buiten neerzetten. Pap en mam zijn zo te zien zeer opgelucht hun kind weer te zien, de begroeting is zeer hartelijk. Hun kind een hele nacht alleen in deze vijandige wereld, Ze hebben er niet van geslapen. Maar nu springen ze opgelucht rond hun verloren dochter. Ze stoppen haar vol met lekkere hapjes. Zij is de schrik al snel te boven en heeft weer het hoogste woord. Maar netjes naar huis gaan? Ho maar.
Fiena, hoe kan ik deze familie helpen?
Beste M,
Misschien moet u de kleine vertellen van de grote boze katten die in het appartement boven u wonen?