Goed doel

Zorgondersteuner
Door
Mar-Li Wingens
12 februari, 2010

Petra Verhagen (54) kan een boek schrijven over haar vrijwilligerswerk. Ze heeft al veel meegemaakt in de jaren dat zij dit werk doet, soms triest maar vooral vrolijk, gezellig en humorvol werk.

Hoe word je zorgondersteuner?

Petra: “Ik ben vrijwilliger bij de Vrijwillige Thuishulp Ik kom dus bij mensen thuis en in mijn geval altijd bij ouderen. Maar de Vrijwillige Thuishulp biedt ook oppashulp, gezelschap of activiteitenhulp aan chronisch zieken en mensen met een verstandelijke en/of lichamelijke beperking. In Midden-Limburg is tevens een groep vrijwilligers die mensen actief ondersteunen in hun laatste levensfase. Ik heb aangegeven dat ik oudere mensen erg leuk vind. Soms zijn het dementerende mensen maar ook depressieve of eenzame mensen.”

Wat doe je precies?

“Ik probeer wat gezelligheid te brengen en vooral naar de mensen te luisteren. Dat doe ik door aandacht te geven, tijd te investeren. Soms gaan we wandelen, soms maken we er een uitje van. Het komt voor dat we een klein klusje samen doen zoals de was vouwen of afwassen. Maar dat is niet standaard.”

Ben je altijd welkom?

“Ja. De mensen krijgen vaak al mensen over de vloer om het huishouden te doen, mantelzorg en dat is vaak klusjes doen in huis of de financiën in orde houden of boodschappen doen en mee gaan naar de arts. Zij moeten vaak al zo veel. Ik heb alle tijd om naar verhalen over vroeger te luisteren. Ik heb ooit vier jaar lang een depressieve mevrouw bezocht. Dat was vaak moeilijk maar ook geweldig. We zijn dikke vriendinnen geworden Als ik haar soms opbelde, zei is wel eens ‘kom maar niet’ Maar ik zei dan bijvoorbeeld dat ik heel even langs kwam en dan bleef ik toch weer de hele middag.”

Hoeveel tijd gaat er in zitten?

“Ik ga een middag in de week iemand bezoeken. In mijn geval toevallig altijd dames. Ik heb ook nog een drukke baan als secretaresse. Ik heb geen kinderen en altijd interesse in de zorg gehad. Ik doe dit vrijwilligerswerk al 18 jaar en zou het niet willen missen. ”

Waar praten jullie zoal over?

“Bij dementerende ouderen vaak over hetzelfde. We vinden altijd wel een gespreksonderwerp aan de hand van de foto’s van de familie en praten vooral over de kinderen en kleinkinderen. Ook eten is een dankbaar onderwerp. Over recepten van vroeger maar ook óf ze wel eten. Dat is vaak een moeilijk punt, ze hebben geen zin meer om te eten. Het is gewoon zo dat ik het prachtig vind om al die verhalen van vroeger te horen.”

Is het wel eens moeilijk?

“Ik zie soms licht dementerende mensen heel erg achteruit gaan en dat ze op een gegeven moment niet meer thuis kunnen wonen. Dat vind ik heel erg. Omdat, onder andere ik, veel zie en kan signaleren als het steeds moeilijker gaat, komen mensen eerder op een wachtlijst om tijdig in een verpleeginrichting opgenomen te worden als het echt niet meer gaat.”

Wat maakt het werk zo fijn?

“Dat ik echt iets kan betekenen voor deze mensen, Maar wij moeten ook veel samen lachen. Ik hecht me aan de mensen, Ik leer ze goed kennen ook vaak intieme details. Maar ik kan goed zwijgen. Er komt ook veel humor bij kijken. Met sommige families heb ik nog af en toe contact.”

Deel dit artikel

Lees volgende Goed doel
AVOM
Lees volgende artikel
Buurtverenigin H. Theresia