Esther Joosten (22) moet creatief zijn om de eindjes aan elkaar te knopen. Om haar studie te kunnen betalen en zichzelf te bedruipen heeft ze diverse baantjes.
Vertel eens over je ‘hoofdvak’, je studie?
Ik studeer nu sinds september vorig jaar SPH (Sociaal Pedagogische Hulpverlening). Tegenwoordig heet het trouwens Social Work, in Sittard. Ik kon in het tweede jaar instromen omdat ik al een jaar in Eindhoven had gestudeerd. Ik begin volgend jaar aan mijn derde jaar, een jaarstage.”
Waarom heb je ooit je studie afgebroken?
“Ik heb een jaar SPH, in Eindhoven gestudeerd. Ik ben toen stage gaan lopen bij de daklozenopvang in Roermond. Na mijn stage bood het MOV mij een contract aan. Toen ben ik gestopt met mijn studie. Ik heb daar anderhalf jaar gewerkt. Ik dacht laat die studie maar waaien, ik heb nu werk. Ik ben toch al nooit zo van het studeren. Na het atheneum wilde ik eigenlijk ook al niet studeren.”
Waarom bleef je niet werken?
“Ik vond dat ik erg weinig waardering in mijn werk kreeg. Van de cliënten (ze spuugden naar mij en bedreigden mij) en ook niet van de leiding. Ik was pas achttien jaar en ik kreeg te weinig steun. Ik stond vaak helemaal alleen voor een groep cliënten of ik moest iemand de deur wijzen. Ik kreeg rotklusjes toegeschoven. Het team wisselde ook steeds van samenstelling. Dat is niet goed voor de samenwerking. Ik werd op een gegeven moment achtervolgd door een cliënt en er volgde zelfs aangifte bij de politie. Dat trok ik niet meer.”
Wat ben je toen gaan doen?
“Ik ben in het Outlet Center begonnen in een herenkledingzaak als verkoopster. 32 uur in de week. Dat was een heel fijn team. Leuke mensen. Ik voelde me daar prettig. Maar het begon toch weer te kriebelen om te gaan studeren. Ik werk wel nog steeds in deze zaak in de weekenden en met veel plezier.”
Waarom heb je toch weer gekozen voor de hulpverlening?
“Ik heb zelfs een test laten doen en daaruit bleek dat dit toch mijn weg is. Met kinderen werken zie ik helemaal zitten. Bijvoorbeeld kinderen met een beperking, dove kinderen of met een autistische stoornis. Het lijkt me bijvoorbeeld heel fijn om een gezin met zo’n kind te begeleiden. Maar ik ben me nog aan het oriënteren welke kant ik precies op wil.”
Wat doe je nog meer om aan de kost te komen?
“Ik poets op enkele plaatsen en ik let geregeld op kinderen, babysit dus. Dat is meestal ’s avonds maar ik heb vorige week nog een halve dag op een baby van zes maanden gelet! Te gek! Ik haal iedere maandag 70 euro van de bank en daar moet ik het de hele week mee doen. Mijn ouders betalen mijn collegegeld terug als ik afgestudeerd ben omdat ik al eens gestopt ben!”
Hoeveel is je inkomen?
Ik krijg 250 euro van de studiefinanciering, 200 euro van mijn vader en ongeveer 200 euro van werk. Daarbij woon ik anti-kraak. Dat is dus geen hoge huur. Anders zou ik het niet redden wat inkomen betreft. Ik geef niets om materiële zaken. Ik heb liever minder geld en meer vrije tijd. Ik denk dat ik na mijn studie 25 uur ga werken. Ook omdat werken in de hulpverlening emotioneel zwaar kan zijn en uit ervaring weet ik dat ik het werk soms niet helemaal los kan laten.”