Michella Geraats (40) werd al heel jong geïntrigeerd door het stervensproces. Toch waren er nog vele jaren voor nodig om de stappen te ondernemen om een opleiding in stervensbegeleiding te gaan doen.
Hoe ben je tot deze keuze gekomen?
Michella: “Vooral vanuit mijn eerdere werk in de zorg. Ik wilde meer verdieping in mijn werk, Daarbij heeft het stervensproces mij altijd bezig gehouden. Ik heb bij oudere mensen gewerkt en meegemaakt dat deze mensen soms graag wilden sterven. Zij zijn er vaak van overtuigd dat na de dood een ander leven begint.”
Het lijkt geen erg vrolijk beroep?
“Nee, dat lijkt zo. Van de andere kant kan een stervensbegeleider veel betekenen voor mensen. Betrokkenheid en inlevingsvermogen staan voorop. Je probeert de laatste wensen van mensen die gaan sterven in vervulling te laten gaan. Dat geeft veel voldoening.”
Heb je al vaker de dood van nabij meegemaakt?
“Ja, in mijn familie en in mijn werk. Ik was er heel erg bij betrokken en het sterven heeft veel impact op mij gehad. Het houdt mij erg bezig. Mijn oma wilde heel graag een zachte dood. Tijdens haar slaap. Dat heeft ze ook gekregen. Dat was heel fijn om mee te maken. Dus doodgaan is niet altijd kommer en kwel.”
Wat kan sterven positief maken?
“Als een mens klaar is met het leven. Als het goed geweest is en die persoon er vrede mee heeft om te sterven, kan het ook heel mooi zijn. Wij kunnen dan bijvoorbeeld samen kijken naar de positieve kanten en zien wat die persoon nog wil doen of zeggen. Het geeft mij dan voldoening om mee te mogen helpen om deze wensen te realiseren.”
Wat lijkt jou moeilijk?
“Als het een kind of jong iemand betreft. Dan is het een ander verhaal. Misschien dat ik dan iets kan betekenen voor de nabestaanden.”
Ben je als stervensbegeleidster altijd aanwezig bij het sterven?
“Ik ben wel eens gevraagd door een stervende om erbij te zijn. In de meeste gevallen hoeft dit niet zo te zijn. Meestal begeleid je iemand de laatste drie maanden samen met collega’s en familieleden. Dus je bent niet altijd bij het stervensmoment aanwezig. In een Hospice bijvoorbeeld is vierentwintig uur zorg aanwezig. Ik zou daar dan onderdeel van het team uitmaken.”
Kun je dit werk goed combineren met je privé-leven?
Ik heb een zoontje Gianni van negen jaar en een dochtertje van zeven, Jessy. Zij zijn het allerbelangrijkste in mijn leven. Ik ben helemaal verliefd op ze en wil hun alle liefde, warmte en waardering geven. Ik denk dat je terugkrijgt wat je geeft. Ik ben niet van plan om full-time in dit beroep te gaan werken, mijn kinderen komen toch op de eerste plaats.”
Hoe zie jij je toekomst?
Michella: “Heel positief. Ik weet zeker dat ik in dit beroep verder wil gaan. Ik stop dan ook alle energie in mijn studie.”