Interview

Geweldloos Verzet: Nieuwe Autoriteit
Door
Mar-Li Wingens
16 juli, 2013

Omgaan met probleemgedrag bij jongeren 

Leen Hermkens en Carla Stals resp. gezinstherapeute en projectleider bij Rubicon jeugdzorg zijn enthousiast over deze methode om (pleeg)ouders, leerkrachten en hulpverleners te ondersteunen bij het opvoeden van jongeren.

Vertel iets over deze methode?

Leen: “Geweldloos Verzet, Nieuwe Autoriteit is tien jaar geleden ontwikkeld door de Israëlische hoogleraar Haim Omer. Hij werd geconfronteerd met de machteloosheid van ouders. Hij stelde vast dat de oude autoriteit (‘Omdat ik het zeg...’) niet meer werkte, niet van ouders, leerkrachten, familie en andere gezagsdragers. Hij ontwikkelde een gezag dat gebaseerd is op de verbinding onderling en samenwerking van het netwerk rondom een kind. Herkenbaar was ook het isolement van ouders en leerkrachten. Ze staan er vaak alleen voor." 

Hoe brengen jullie deze methode in praktijk?

Carla: “Ik ben o.a. bezig met een team om de samenwerking met het onderwijs en Rubicon te verstevigen. Wij hebben scholen gevraagd naar de pijnpunten. De ervaring van handelingsverlegenheid kwam duidelijk naar voren. Wij hebben op concrete moeilijkheden met kinderen ingespeeld en zijn aan de slag gegaan met bijvoorbeeld pestgedrag.”

Hoe verloopt dan een en ander?

Leen: “We hebben een helder kader van diverse stappen die we opvolgen. We verwachten van ouders en leerkrachten motivatie en dat ze naar hun eigen gedrag kijken. De ondersteuning van Rubicon bestaat uit huisbezoeken, schoolbezoeken, telefonische sessies en we starten met oudergroepen.”

Wat is jouw rol?

Carla: “Het netwerk wisselt ervaringen uit en ik kijk mee. Het komt voor dat ik een of twee keer meeloop in een klas en de situatie observeer. Ik praat met de leerkracht over wat er speelt en hoe het anders zou kunnen. De methode is gericht op de gezagsdrager en minder op het kind. De gezagsdrager leert zelfcontrole, zelfbeheersing. Door zijn opstelling gaan jongeren uiteindelijk ander gedrag vertonen.”

Noem de vier belangrijkste punten van aanpak?

“Leen: “A: Routine (een structuur ), B: Aanwezigheid (gericht op de relatie niet op controle), C: Zelfcontrole (niet laten provoceren) D: Werken met een netwerk (Gezagsdragers kunnen het niet alleen ).”

Wie vormen een netwerk?

Leen: “Het is voor ouders en leerkrachten moeilijk om toe te geven dat ze het niet alleen kunnen. Het is vaak een taboe dat het niet goed gaat thuis of in de klas. Als dat geheim doorbroken wordt, is de eerste stap gezet. Ze kunnen hulp vragen, dat is een voorwaarde bij deze methode. Het netwerk kan bestaan uit: grootouders, buren, familie, leerkrachten, teamleiders en directie van scholen. Eigenlijk is dit de manier van vroeger, terug naar samen opvoeden en een team vormen dat een kind begeleidt It takes a village to raise a child.”

Voor meer informatie ga naar de website of neem contact op met Carla Stals: 0475-588400.

Deel dit artikel

Lees volgende Interview
Moeilijke keuze
Lees volgende artikel
Kijk eens in je hoofd