Leon Frissen (45) is voorzitter van de vereniging en enthousiast badmintonspeler ondanks of dankzij zijn handicap. De club bestaat dit jaar twintig jaar.
Welke zijn jouw taken binnen de club?
Leon: “Buiten dat ik voorzitter ben, ben ik ook actief met badminton bezig. Iedere maandagavond ben ik te vinden in de Jo Gerrishal. We hebben 42 leden. Ze zijn er niet allemaal op de maandagavond. Misschien een gelukje voor degenen die er wel zijn omdat we maar zes velden ter beschikking hebben. Nu hoeft niemand lang te wachten op zijn beurt. Er worden meestal dubbels gespeeld. Dus 24 leden kunnen tegelijk spelen.”
Is badminton aan leeftijd gebonden?
“Normaal gesproken niet, maar daar wij geen jeugd hebben en alleen senioren kun je vanaf een jaar of 17 beginnen. We zeggen wel eens van 17 tot 77 kan bij ons terecht. Al heb ik dat nog niet meegemaakt. Bij ons zijn de meeste leden tussen dertig en vijftig jaar. Nieuwe leden zijn uiteraard welkom. Ze kunnen eens komen kijken op maandagavond en een of twee keer meespelen. Dan weten ze of het spel en de sfeer hun aanspreekt.”
Op welk niveau spelen jullie?
“Op elk niveau. Van huis, tuin en keukenbadminton tot hoog recreatief niveau. We spelen dus geen competitie. Wat heet...ook als je tegen je eigen clubleden speelt, wil je toch winnen. We spelen wel enkele kleine toernooien per jaar. Bijvoorbeeld in Vlodrop, Linne, Maasbracht. Op 18 mei hebben we ons eigen badmintontoernooi. Dat doen we nu sinds vier jaar. We hebben er echt voor gekozen om gewoon voor de lol te spelen, zonder verplichtingen.”
Waarom heb je zelf ooit gekozen voor badminton?
“Ik ben eigenlijk altijd een handballer geweest. Heel intensief. In 1990 heb ik een frontale botsing gehad met het gevolg dat in mijn nekwervel zenuwen naar mijn rechterarm beschadigd zijn. Mijn rechter arm ‘doet’ het niet meer. Na vele onderzoeken en operaties is dit het resultaat. Ik kan dus niet meer handballen. Daar heb je echt twee handen voor nodig. Ik wilde toch sport blijven bedrijven en toen ben ik in 1996 bij BC Donderslag uitgekomen.”
Ben je daarom een ‘moeilijke’ tegenspeler?
“Ik speel uiteraard met de linkerhand en ik heb wel eens tegenspelers horen zeggen dat dit extra moeilijk voor ze was. Zelf zie ik het niet, ik speel vaker met linkshandigen. Ik leer nog steeds bij na al die jaren. Dat is qua kracht alsook de techniek en de tactiek. Je gaat steeds meer technieken toepassen en tactisch spelen. Als ik speel geef ik me helemaal. Ik kreun, ik steun en lig op de grond. Mensen onderschatten me wel eens vanwege mijn handicap. Maar daar komen ze snel van terug.”
Is er verschil tussen buiten en binnen spelen?
“Als je buiten speelt moet het eigenlijk windstil zijn. De shuttle weegt bijna niets. Bij heel weinig wind gaat de shuttle al alle kanten uit. Tegen de wind in slaan, werkt al helemaal niet. Dus eigenlijk is het een binnensport.”
Is het leuk om voorzitter te zijn?
‘Ik ben eerst jarenlang secretaris geweest. Toen kwam de stoel van voorzitter vrij en heb deze overgenomen. Ieder jaar hebben we algemene ledenvergadering en dan moeten er altijd bestuursleden aftreden. Als je hart voor de club hebt, wil je er ook iets voor doen. Dan ben je al gauw geneigd om je actief in te zetten. Ik ben zo’n type. Ik ben vijf of zes jaar secretaris geweest. Net zoals bijvoorbeeld onze penningmeester. Maar ik kan helemaal mijn ei kwijt tijdens het spelen. Dat is mijn passie.”