• THUIS!

Een huis is nog lang geen thuis. Een thuis maak je zelf door je eigen sfeer te creëren. Goede smaak is mooi meegenomen maar een eigen smaak is belangrijker. Wat de één mooi vindt is voor de ander totaal niet aanvaardbaar. In deze rubriek vertellen mensen over hun thuis en hoe dat voelt.

Marianne Leijendeckers

ARTIKEL DELEN OP SOCIALE MEDIA

Marianne Leijendeckers (55) woont al 15 jaar met veel plezier in haar appartement op loopafstand van de binnenstad. Wil ze daar ook blijven wonen?

Is het nieuwbouw?

Marianne: “Nee, het zijn oudere flats, ik geloof dat ze opgeleverd zijn in 1956. In 1997 zijn ze helemaal gerenoveerd. Er is een lift gekomen en ze zijn bedoeld voor 55 plussers. Ik heb de oude toestand niet meegemaakt, ik ben er in 1998 gaan wonen. De straat is voor mij heel vertrouwd omdat mijn moeder ook in deze straat gewoond heeft.”

Woon je er graag?

“Ik ben heel tevreden. De flat is ruim en ik heb een ligbad. Daar heeft de vorige bewoner voor gekozen en ik ben daar heel blij mee. Ik vind de locatie heel prettig. Binnen vijf minuten ben ik te voet midden in de stad. Het ziekenhuis is vlak bij en er is een supermarkt om de hoek. Maar... als ik een huisje met een tuintje zou kunnen krijgen, ging ik toch verhuizen. Daar kom ik als alleenstaande niet voor in aanmerking.”

Hoe zit het met de buren?

“Het zijn oudere bewoners, ze zijn best honkvast er is weinig verloop. Omdat er een lift is, hoeven oudere mensen niet dringend ergens anders te gaan wonen. Ik woon zelf op de derde etage en er zijn vier woonlagen. Ik heb nooit last van mijn boven- en benedenburen. Soms hoor ik hun kleinkinderen, dat vind ik helemaal niet erg. De buren zullen ook wel eens mijn kleinzoon, hij heet Finn, van twee jaar horen. Ik pas iedere vrijdag op hem. Heerlijk!”

Wat doe je nog meer?

“Ik heb drie dochters: Inge, Loes en Eveline en een kleinkind dus. Ik heb een hondje en ik moet hem dus dagelijks enkele malen uitlaten. Ik heb hem uit het asiel gehaald en hij heette al Moppie. Verder ben ik vrijwilliger bij ’t Paradies. Dat vind ik enorm leuk.” 

Hoe ben je ingericht?

“Mijn inrichting is eigenlijk ‘van alles get’. Ik heb een mooie strakke kunstleren bank, een glazen eetkamertafel en zwarte stoelen maar ook wat eiken meubeltjes. Ik vind het leuk om spullen met een verhaal te hebben, Zo heb ik een schilderijtje dat mijn oma en opa hebben gekregen toen ze trouwden. Het stelt een vaasje met drie roosjes voor. Sommige mensen zullen het lelijk vinden maar ik hou er van.”

VOLG ROERMONDENAAR.NL
WIE WOONDE WAAR IN ROERMOND 1937
TAALGEBRUIK EN CULTUUR IN ROERMOND

Lotte onderzoekt het taalgebruik in Roermond. Ze kijkt daarbij naar verschillende talen en hoe deze door de vele verschillende inwoners van Roermond gebruikt worden in het dagelijkse leven.

Lees verder

TELEFOONGIDS VAN ROERMOND UIT 1906