Beste Fiena,
Deze week werd ik met mijn neus op enkele communicatiestoornissen gedrukt. Ik vond het wel grappig om te merken hoe misverstanden in het leven geroepen worden. Ik vroeg bijvoorbeeld aan een vriendin of zij wel eens geld verknoeide. Zij reageerde heel heftig en beledigd: Ik verknoei nóóit geld! Zij vindt dit heel duidelijk een slechte eigenschap. Daar denk ik heel anders over. Ik vind dit een leuke, grappige eigenschap. Ik was een beetje beduusd van het reactie en de volgende keer dat we mekaar ontmoetten, ging ik op het onderwerp door. Het bleek dat zij (te) veel geld aan kleding uitgeeft. Volgens haar zelf. Dus toch! Ik denk dat iedereen wel eens geld uitgeeft, dat eigenlijk niet kan. Ik vind dit dan een spontane actie en heb daar dan veel plezier van. Ik kan zelf geen leuk oud serviesgoed laten staan. Ik krijg dan iets heel hebberigs over me. Ik móet het hebben. Terwijl ik helemaal geen plek heb, niet in de kasten en niet op de kasten. Ik kan me dan helemaal verkneukelen over mijn aankoop. Misschien zit het een beetje in de familie. Als ik vroeger als kind met mijn moeder kleding voor ons allebei ging kopen, hadden we soms een te dure smaak. We gingen dan eerst aan mijn vader vragen of het wel kón. Mijn vader antwoordde steevast: ‘Maar één rok, koop er twee!’ Of: ‘Het beste is nog niet goed genoeg voor jullie’. Dat zal ik nooit vergeten. Dat gevoel dat je het waard bent.
Ik ben van mening dat zuinigheid vaak veel verpest. Je voelt je al gauw schuldig als je eens niet zo zuinig bent. Ik kook bijvoorbeeld altijd te veel. Met opzet. Ik ben gerustgesteld als er eten overblijft, dan weet ik pas dat er genoeg was. Als er niets overblijft, kan ik dat niet weten. Ik wil niet precies genoeg maar genoeg genoeg.
Volgens mij zit het in de genen. Ik betrapte mijn zoon toen hij probeerde uit twee blikjes fris tegelijk te drinken. Twee blikjes met verschillende inhoud. Volgens hem een hele speciale smaakervaring. Maar ja, er bleef wel de helft van ieder blikje over. Eigenlijk is het zo dat ik geld niet heel belangrijk vind. Het is een grote zorg als je er te weinig van hebt. Dat overkomt mij geregeld. Daar heb ik slapeloze nachten van en ik reken me rijk op allerlei manieren. Een heel gereken vooral omdat ik niet kán rekenen. Mijn redding is dat ik niets om materiële zaken geef of om vakanties of luxe artikelen in huis. Mijn vaste lasten hou ik laag, dus ik heb niet zo’n hoog inkomen nodig om met geld te kunnen smijten. Ik ben rijk!
Beste Z,
Tja, wat is rijk? Het is maar hoe je het bekijkt.