Jos van Kemmeren (43) is bakker, beter gezegd warme bakker. Hij beoefent zijn vak met gedegen vakkennis en liefde.
Lijkt het tegenwoordige bakkersvak nog op dat van vroeger?
Jos: “Op zich wel, alleen is de apparatuur verbeterd. Maar niet alles gaat machinaal. Er zijn altijd nog dingen die handvaardig moeten gebeuren. Het afwegen van ingrediënten moet bijvoorbeeld met de hand. De industriële bakkers doen dat machinaal. Het deeg kneden gaat machinaal maar het verwerken van het deeg is gedeeltelijk machinaal en gedeeltelijk met de hand. Bijvoorbeeld vlaaiendeeg.”
Moeten bakkers tegenwoordig nog steeds zo vroeg uit de veren?
Ja, dat is nog steeds zo. Bij ons begint de eerste bakker door de week om drie uur ’s nachts. Maar ik ken collega-bakkers waar men om een uur ’s nachts begint. Wij hebben om half negen, als de winkel opengaat, al een heel breed assortiment in de winkel. Nog niet alles. Maar wij willen dat ook iemand die na de middag een brood koopt, dat dit vers is. Daarom bakken wij twee keer per dag brood. Hetzelfde met de vlaaien”
Dat heb je in de supermarkt niet.
“Nee, wij moeten ons onderscheiden van de supermarkten door versheid en kwaliteit. Met de prijs kunnen wij niet concurreren. Bij ons komt brood om kwart over acht uit de oven, om half negen gaat de zaak open. Het brood in de supermarkt is de avond van tevoren gebakken. Dat kan logistiek ook niet anders.“
Is er ook verschil in smaak?
“Heel zeker. Alleen denk ik dat de jongere generatie aan een soort smaakvervlakking lijdt. Ik heb het van thuis meegekregen. Wij waren altijd bezig met hoe iets smaakt.”
Het bestedingspatroon is misschien anders dan vroeger.
“ Als jongeren uitgaan kan alles. Dan is niets te duur. Op vakantie ook. Maar als ze thuis zijn beknibbelen ze op het eten. Het heeft ook te maken met gemakzucht. In één winkel alles bij elkaar wat je nodig hebt.“
Waarom heb jij voor het bakkersvak gekozen?
“Ik ben er van jongs af ingegroeid. Mijn ouders hebben de zaak in Roermond 30 jaar gerund. Samen met mijn oom en tante. Mijn ouders zijn in 1960 vanuit Brabant naar Roermond gekomen. Toen hebben zij de zaak overgenomen en ook de naam aangehouden. Wij woonden boven de bakkerij in de Marktstraat. In 1990 hebben mijn broer Jan en ik de zaak overgenomen. De zaak bestaat uit een bakkerij en drie winkels.”
Hebben jullie de taken verdeeld?
“Ik wil graag in het bakkersvak bezig zijn. Ik ben gediplomeerd brood en banketbakker. Ik houd me bezig met de productie. Mijn broer houdt zich meer bezig met de logistiek en de verkoop.”
Bedenken jullie ook nieuwe producten?
“Wij zijn bij de stichting Echte Bakkers aangesloten. Op die manier krijgen we geregeld nieuwe recepturen. Zelf experimenteer ik natuurlijk ook. Volgende maand brengen we een nieuw soort brood. Het zogenaamde Gilde Goud brood. Dat is geen bruin en geen witbrood en geen meergranenbrood. Het is een combinatie van deze drie.