• MOON

Graag wil ik jullie lezers, deelgenoot maken van de hoogte- en dieptepunten uit mijn leven. Ik ben Moon, 57 jaar en ik ben al 12 jaar getrouwd met Bear. Ik ben een Roermonds "maedje", geboren en getogen, maar woon nu in een dorp in midden Limburg. Ik ben de "boze stiefmoeder" van een jongen van 23 en een meisje van 19 jaar.

Jacques Pallacci

ARTIKEL DELEN OP SOCIALE MEDIA

Henk en ik, Klaartje en Arjan konden de caravan van mijn vader lenen en wij reden voor een vakantie van twee weken richting Zuidfrankrijk. Door het drukke zakenleven van onze bar-bistro waren we heel erg aan vakantie toe. Henk was heerlijk vrolijk en ontspannen en ik hoopte dat de vakantie onze relatie goed zou doen. Het was ook reuze gezellig met mijn zus en zwager, het klikte prima onderling. We lagen lekker aan het strand, bezochten mooie plekken en de mannen beklommen de “Alp d’Huez”met de wielrennersfiets. Op een zeker moment in Saint Tropez vroeg ik aan een meneer of hij een foto wilde maken van Klaartje en mij. Vriendelijk voldeed hij aan ons verzoek. We raakten aan de praat en hij had zo’n heerlijk Frans accent toen hij Engels  sprak. Hij woonde in Parijs en hij was pas gepensioneerd, maar zijn vrouw en zoon zaten nog in zaken. Als we Parijs zouden bezoeken, wou hij ons de stad wel eens laten zien. ‘Oh’, zeiden wij enthousiast, ‘We wilden de laatste dagen nog even Parijs bezoeken.’’Bel me’, zei hij, en hij stelde zich voor als Jacques Pallacci. Hij gaf ons een visitekaartje en we namen afscheid. Na een weekje reden we richting Parijs. We arriveerden in Parijs en zette de caravan op een camping, midden op een eilandje in Parijs. Er stond ook een circus en we zagen jongleurs oefenen en allerlei dieren zoals tijgers en olifanten. Het was er heel sfeervol. We belden Jacques Palllacci op. Hij klonk verheugd en we spraken af op een plein.

Henk reed met de Mazda door Parijs en Jacques zat naast hem. Hij wees ons heel veel bezienswaardigheden aan, en hij had er lol aan om op verboden rijbanen te rijden. ‘We tourists, haha’, zei hij.Hij voerde ons naar de hoerenbuurt van Parijs. Hij maakte met zijn twee vingers een lopende beweging op het dashboard en zei: ‘Trip, trip... haha’. Hij had  een zwak hart vertelde hij en zodoende  had hij moeten stoppen met werken. 

Het leukste van Parijs vond ik de buitenwijk ‘La Defence’. Het was alsof je door een fantasiestad reed. Tegen zes uur zei hij: ‘We gaan even langs mijn zaak en dan gaan we een hapje eten.’ In een dure winkelstraat stopten we bij een schoenenzaak en maakten kennis met zijn vrouw Louise en zijn zoon Dominique. Na een poosje reden naar een restaurant. Eigenlijk waren we er niet op gekleed met onze vakantiekloffies.  Maar dat maakte allemaal niets uit. In het restaurant werden we met z’n allen aan een tafel gezet en er werden borden op tafels gekwakt en bestek werd over de tafel gegooid. Er werden manden met allerlei soorten brood op tafel gezet, schalen met diverse worsten en beleg, met heel veel kazen, boter, en kannen met wijn en bier, kortom een middeleeuwse maaltijd. Het was heerlijk en ongecompliceerd. De Pallacci’s waren superaardig. We maakten ons een beetje zorgen over de rekening en we telden uit hoeveel geld we nog hadden. Niet veel meer. Maar Jacques stond erop dat zij betaalden en we bedankten hen hartelijk.

“Gaan jullie nog mee naar ons huis voor een afzakkertje?’ vroeg Louise en we keken elkaar verrast aan. ‘Oké’, was ons antwoord. We volgden hen tot aan een muur en een poort. De poort werd opengemaakt en we beklommen trap na trap. We wierpen een blik in een ruimte waar tapijten lagen, daarboven was een muziekzaal, weer hoger kwamen we eindelijk in de huiskamer terecht. Wauw, diverse zithoeken, een vleugel, kasten, tapijten ongelooflijk, wat een ruimte. De terrasdeuren gingen open en we konden over heel Parijs kijken. Een zee van lampjes met de Eiffeltoren in het midden. We dronken Champagne en doopten er lange vingers koekjes in. Dominique speelde een mooi stukje muziek op de vleugel en het was zo leuk en verrassend. We spraken over de verschillen tussen de Nederlanders en de Fransen. Ze vroegen belangstellend naar onze levens en vertelden van alles over zichzelf.Om elf uur besloten we naar de camping terug te gaan. We namen hartelijk afscheid van de familie en we bedankten hen uitbundig. We raakten niet uitgepraat over de hartelijkheid en warmte van zo’n rijk gezin tegenover een paar vreemde ‘Hollanders’. We stuurden de familie nog een kerstkaartje en dat was het.

VOLG ROERMONDENAAR.NL
WIE WOONDE WAAR IN ROERMOND 1937
TAALGEBRUIK EN CULTUUR IN ROERMOND

Lotte onderzoekt het taalgebruik in Roermond. Ze kijkt daarbij naar verschillende talen en hoe deze door de vele verschillende inwoners van Roermond gebruikt worden in het dagelijkse leven.

Lees verder

TELEFOONGIDS VAN ROERMOND UIT 1906